maart 30, 2022
Geschreven door: Marc Puyol Hennin

Er is niets, en dat is oké

Koen van Bommel knikt heftig en schudt zijn hoofd net zo hartstochtelijk wanneer hij het wel of niet eens is met een van onze takes. Een half uur eerder gaf hij een noodgedwongen een gesmaakte solo-show in het Nijmeegse Extrapool. Daar waren vrienden bij, want het is zijn verjaardag. 37 inmiddels, en ‘niet zo heel veel bereikt in het leven.’

Maar wie wel?

Nou, dan is er ten minste nog De Witte Kunst. Denk een combo van Miaux, Spinvis en Joy Division (of vroege The Cure). Al vindt van Bommel zelf Boerenzonen op Speed en Arbeid Adelt betere referenties. Als geboren Zeelander ligt België hem nauw aan het hart. ‘Laatst traden we op in het RITCS in Brussel, met een volle zaal terwijl niemand ons kent. Ik hoop nog heel veel in België te kunnen spelen, want volgens mij hebben Belgen veel meer vermogen tot fantasie. Belgen zijn in die zin de Japanners van Europa.’

Normaliter dus een duo, maar Lyckle de Jong is tijdelijk out met gehoorproblemen. Zijn live-uitvoeringen op de goedkope doch doeltreffende synth-setup steken dus voor een keertje in pedalen. Dat blijkt geen ramp: in een half uur weet van Bommel zijn soloconcert van genoeg kracht te voorzien. Deze keer geen kenmerkende mimeschmink, wel een wat dreigende présence die een hoogtepunt bereikt tijdens afsluiter ‘Troon’, een tirade richting anarchisten en ander op straat levend schorriemorrie. ‘Dat nummer komt op onze aankomende EP ‘Spek en Bonen’. De oorsprong van het lied is eigenlijk banaal. Ik neem de positie in van een heel rechts iemand. En soms voel je je gewoon wel zo’n persoon.’

”We leven nu niet in een bijzonderder tijd of zo. Alles is van alle tijden”

Voor de show loopt een tape die Stichting De Witte Kunst plechtig voorstelt, als waren we beland in een oude performance van Marinus Boezem. ‘We willen onze bandnaam bewust niet invullen, want dat verandert continu. Hoogstens kun je het als een wit canvas beschouwen. Voor hetzelfde geld nemen we straks een jazzplaat op.’

Met teksten als ‘een korte wandeling / veranderde in een hel’ en ‘bij nader inzien / ligt het aan de mensen zelf’ kun je al gauw existentiële angst vermoeden als dominante thema bij De Witte Kunst. Van begrippen als tijdsgeest wil van Bommel echter niets weten: ‘Het lied ‘Bij nader inzien’ heb ik 15 jaar geleden al geschreven. Ik denk dat dat altijd actueel is, want je kan het overal op plakken. Bovendien: in de hele geschiedenis is er ondraaglijk veel lijden geweest. In perspectief gesteld is ons lijden dus peanuts, terwijl we het nu heus niet zwaarder hebben dan horigen in de Middeleeuwen. Alleen hadden die niet de ruimte om zich zo om zichzelf te bekommeren. Ik denk dat het allemaal te maken heeft met de zoektocht naar verbinding, iets wat in deze wereld steeds lastiger wordt. Zelf denk ik dat wij wat compassie proberen te tonen in dat kader.’

Nogmaals alluderen we op de tendens tot self care en aandacht voor mentale gezondheid als gevolg van een cognitief dissonante samenleving en hoe dat misschien een goede voedingsbodem is voor een band als De Witte Kunst. Het mag niet baten, want van Bommel voelt gewoon niets voor één enkele interpretatie of uitleg. ‘Het is grappig dat mensen nu plots naar ons luisteren. Eigenlijk was het de bedoeling dat we muziek zouden maken die iedereen verschrikkelijk vervelend vindt. Zeikerig én vervelend. Maar op een of andere manier is dat helemaal mislukt.’ Om daar later nog fijntjes aan toe te voegen: ‘Ach, we zijn zo vreemd. Zet bij je artikel maar een foto van een leeg glas melk of zo.’

‘Eigenlijk was het de bedoeling dat we muziek zouden maken die iedereen verschrikkelijk vervelend vindt’

Toch zijn we zijn ervan overtuigd dat De Witte Kunst wel érgens een thema als mentaal welzijn in zich draagt, weliswaar vanuit een volkomen individueel perspectief. Hun muziek benadrukt en omarmt onzekerheid en ziet er de schoonheid van in, tot op het punt dat het gaat voelen als iets positiefs. ‘We zijn underdogs, maar daarom vind ik het ook zo bijzonder dat het aanslaat. Het was hoogstens een kanaal om ongemakkelijke, corky shit eruit te krijgen. Als ik op het podium sta, is dat een van de weinige momenten waarop ik controle voel of heb over hoe het met me gaat en me heer en meester voel van mijn bestaan. Ik ben 1 meter 90 en weeg zowat 50 kilo, dus ik ben al heel mijn leven een pispaaltje. Door soms schmink op te doen en vervelend en hautain op het podium te staan, neem ik wraak op al die pestkoppen.’

Lyckles Spartaanse set-up is niet per sé bedoeld om de teksten en met name de nuances de ruimte te geven, dus ook daar hoef je verder ook niets achter te zoeken. ‘Nieuwere liedjes hebben we helemaal samen gemaakt, maar dat komt niet tot stand vanuit een artistiek idee. Dat is het mystieke van muziek maken. Dat goedkoop keyboard heeft hij nou eenmaal. Hij heeft er meer, maar deze doet het ‘m gewoon!’

Is het dan die Hollandse nuchterheid, die droge humor of zijn het simpelweg de knappe composities die De Witte Kunst een vreemd soort aantrekkingskracht meegeven? Dat laten we aan jou over, maar als enig kader hierbij kan helpen, laat Koen van Bommel gelukkig alsnog in zijn artiestenziel kijken: ‘Ik ben een zeer groot voorstander van het positieve nihilisme. Er is geen god, het leven doet er niet toe, maar vandaag is het wel lekker weer. Met andere woorden: er is niets, en dat is oké. Nihilisme is helemaal niet naar, het is juist mooi.’

Foto Herman van den Muijsenberg

Close
Menu